De (hybride)beroepspraktijk
Afgestudeerde theatermaker-docenten zijn verantwoordelijk voor theatervoorstellingen, zij geven trainingen, cursussen en workshops. Zij ontwikkelen receptieve theaterprojecten voor grote en middelgrote gezelschappen en ontwikkelen programma’s voor diverse podia en festivals. De theatermaker-docenten zijn tevens werkzaam op scholen (in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs of middelbaar en hoger beroepsonderwijs): als theaterdocent, CKV docent, kunstcoördinator, of cultureel ondernemer. Daarnaast werken zij op theaterscholen, op centra voor de kunsten, bij theaterverenigingen en initiëren zij (sociaal) artistieke projecten. Deze plekken kunnen momenteel rekenen op brede belangstelling van zowel de overheid, als het publiek en winnen zienderogen aan populariteit.
De praktijk waarvoor de student wordt opgeleid is dus ontzettend breed. Deze bestrijkt verschillende ruimtes (bv. een theaterzaal, locatie of klaslokaal), contexten (zoals scholen, festivals of een eigen gezelschap), met een grote diversiteit aan deelnemers (bv. qua leeftijd, gender, motivatie) en inhoudelijke focus (bv. thema’s uit het theaterrepertoire, autobiografische verhalen, de directe leefomgeving).
De theatermaker-docent beschikt over een autonome visie wanneer het gaat om het toepassen van zijn vak in de kunst en kunsteducatie. Hij/zij werkt daarbij in voortdurende samenspraak met zijn omgeving en is tegelijkertijd zowel pedagogisch, artistiek, sociaal, ambachtelijk als ondernemend actief.
De theatermaker-docent richt zich specifiek op de ongetrainde speler. Hij/zij spreekt deze aan als mede-maker en ontwikkelt samen met hem/haar de voorstelling vanuit diens eigenheid en capaciteiten. Het gebrek aan tekstbeheersing en spelvermogen van de ongetrainde speler is hierbij geen handicap, maar een uitdaging. Diens eigenheid draagt bij aan de uiteindelijke artistieke kwaliteit van het totaal. Centraal in dit alles staat het plezier om te willen verbinden, over te dragen en te creëren.