Studiegids

Periode/Duur
Gedurende hele opleiding. 2 werksessies van 5 uur en 8 werksessies van 3 uur   

Studiebelasting
Contacttijd 34 uur en zelfstudie 20 uur  

Bijdrage aan de competenties
2.1; 2.2.; 2.3.; 2.4.; 3.1.; 3.3.; 3.5.; 3.6.; 4.1.; 7.5 

Inhoud
Langzaamaan groeit het besef en daardoor ook de kennis dat individuen van elkaar verschillen op verschillende dimensies en op anderen juist met elkaar overeenkomen. Waar diversiteit gaat over het aankruisen van hokjes gaat intersectionaliteit ofwel Caleidoscopisch kijken over het complexe samenspel van verschillende identiteiten. Volgens hoogleraar Gender en Etniciteit Gloria Wekker ligt veel kracht in inzicht krijgen in onze identiteit. Intersectioneel kijken en denken is volgens haar behulpzaam bij het kijken vanuit een multidimensionaal perspectief. We nemen posities in ten opzichte van elkaar, persoonlijk, symbolisch en institutioneel. We hebben de keuze in statische geijkte patronen te blijven denken, en handelen of over te stappen vanuit het of-of perspectief naar een en-en perspectief.  Francis Fukuyama (politicoloog en filosoof) gaat in zijn boek over identiteit in op het zoeken naar ‘erkenning’. Ieder mens zoekt naar erkenning. Het zoeken naar het diepste dat in hen zit, los van uiterlijkheden en gedragingen, waar ieder zich het meest bij thuis voelt, wat die wilt uitdragen. 

Vanuit het vak van theaterdocent, maker en creator wordt vaak gezocht naar verbinding, erkenning, het bespreekbaar maken van lastige of controversiële thema’s of men wil juist een stem geven aan hen die geen stem hebben. Thema’s als diversiteit, inclusie, intersectionaliteit,  gender en antikoloniaal taalgebruik, uitsluitingsmechanismen, kansen(on)gelijkheid, norm-niet norm en privileges zien we ook als een noodzaak om aandacht aan te besteden in de module Interpersoonlijk sensitiviteit. 

Relevantie: Een basiskennis anders gezegd een theoretisch kader hebben over diversiteit, inclusiviteit, interpersoonlijk sensitief zijn, is dus van belang om het vak van theaterdocent, maker en creator in al zijn volledigheid uit te kunnen voeren.
Daarbij is die basiskennis relevant vanwege strategische overwegingen die gekoppeld zijn aan het uitoefenen van het vak in de wereld en met welke mate van succes je dat kunt doen.
Zo is het voor het opbouwen van een gezonde praktijk belangrijk dat je beschikt over deze basiskennis en die competenties omdat ze verbonden zijn met voorwaarden om je vak te kunnen uitoefenen. 

Leerdoelen

• De student beschikt als maker, docent en creator over theoretische kennis m.b.t. diversiteit en inclusie.  

• De student verschillende theorieën met elkaar te verbinden en vervolgens de essentie eruit te halen 

• De student kan zijn/haar/hen visie vertalen in (kunst)debatten, discussies of nuances in opvattingen, stereotyperingen en vooroordelen 

• De student kan veiligheid creëren voor iedere leerling/student 

• De student kan zijn/haar/hen visie ten aanzien diversiteit inzetten t.b.v. aanvragen van (specifieke) subsidies 

• De student kan gesprekken over deze thema’s met (jonge) mensen faciliteren 

• Student kan een verbindende rol pakken in de praktijk en het werkveld.

Werkvorm(en)
Intervisie, praktijkopdracht, theorie bespreken, interactieve opdrachten

Wijze van beoordeling
Indien de student minimaal 90% van de lestijd aanwezig is geweest en alle opdrachten heeft gedaan, ontvangt de student feedback/ feedforward van de docent en van jaargenoten. De studenten stellen bij aanvang van deze leerlijn hun startpositie vast. Afhankelijk van wat vervolgens nodig is aan kennis, attitude en het kunnen toepassen en/of integreren van beiden stellen ze hun leerdoelen op. De student ontvangt bij deze vakmodule ook feedback op basis van individuele criteria. 

Criteria
Individuele prestaties worden beoordeeld aan de hand van de eigen leerdoelen van de student. De student geeft via de portfolio inzicht in de eigen proces en ontwikkeling. Daarnaast is er een 360 graden feedback instrument ontwikkelt dat de student 1 x per jaar kan inzetten en waarbij hij op de kernkwaliteiten van het vak feedback kan vragen aan studiegenoten, docenten en colega’s uit de praktijk. Interpersoonlijk Sensitief is opgenomen binnen dit instrument. 

Binnen het eindwerk is ‘Interpersoonlijk Sensitief’ handelen een van de criteria voor de beoordeling van het projectplan. Daarnaast wordt in de eindwerkfase gekeken naar de mate waarin de student in staat is om inclusief te handelen.