Centraal in de opleiding staat ‘grote zaal-denken’. Daarin is enerzijds vooruitdenken & verbeeldingskracht-aan-tafel nodig en anderzijds flexibiliteit & hier-en-nu-werken. Theater maken (in welke vorm of genre dan ook) is uiteindelijk een combinatie van creatief denken & voelen, van voorwerk (plannen) en flexibiliteit (improviseren en reageren). Dit denken vanuit de grote zaal gaat over de mentaliteit en de inrichting van het maakproces. Maar ook over de zeggingskracht van het werk zelf. Het gaat over de wens van een team om verschillende disciplines tegelijkertijd in te zetten, over een bewustzijn en een gezamenlijk verlangen om het publiek aan te spreken op meerdere zintuigelijke niveaus, in vorm en inhoud. De ATD beschikt over een unieke grote zaal en via samenwerkingen binnen en buiten de ATD werkt de regieopleiding veel vanuit multi- en interdisciplinariteit.
Het vak van regisseur is veeleisend en uniek in het kunstenveld. Het vinden van een eigen signatuur (in inhoud, vorm en werkwijze) is natuurlijk niet eenvoudig en ook niet statisch. Theater is altijd maatwerk en altijd groepswerk. En een theatraal werk ademt ook altijd mee met de wereld. Daarbij is alles afhankelijk van het perspectief en de context die wordt gekozen.
Kortom: als regisseur start en leidt je het proces waarbij een theatraal werk ontstaat. Wat is je verhaal, wat zijn je vormen? Hoe werk je en met wie? En voor wie maak je het werk? Je kunt idealiter goed samenwerken, je bent in staat om te inspireren en je teamgenoten in hun kracht te zetten. En je bent weerbaar om vanuit je vak te reageren op de uitdagingen van de wereld.