Een samenwerking met studenten Scenografie en Design&Technology

Periode en studiebelasting 
semester 2, week 4 t/m 7 (ochtenden, week 6 en 7 fulltime), 12 contacturen per week en gemiddeld 20 zelfstudie uren per week

Bijdrage aan de competenties 
Creatie (1 t/m 7) ambacht (4,5,6) reflectie (1 t/m 5) Ontwikkeling (1 t/m 4) communicatie (1 t/m 5) Samenwerken (1 t/m 7) 

Inhoud 

Het alledaagse valt niet op, is (of lijkt) niet bijzonder. Het alledaagse is bescheiden en gewoon en dringt zich niet aan ons op. Een anekdote, overlevering of traditie. Soms ordinair en banaal, maar vaak ook lang geworteld in de cultuur en daardoor eigen, gemoedelijk en intiem. In het alledaagse zit de aard van de stad zijn de bewoners verborgen. Maar als je goed kijkt ga je ze zien, vallen ze op: teksten, licht, materialen, karakters, routes, voorbijgangers, interieurs. Uit dit alledaagse oogst ieder team een visie. En vanuit deze visie ontwikkelt zich een mythe. Een verhaal waarin de eigen visie van het alledaagse zich manifesteert. En middels vorm wordt de mythe overgebracht aan het publiek. Voorwaarde is dat vorm en inhoud van het eigen Mythologisch Manifest één dienen te zijn: ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en versterken elkaar. Voorwaarde is tot slot dat de presentatie geschiedt door een oneven aantal acteurs/personages/performers etc. De duur is ongeveer 15 minuten. In de presentatie wordt gebruik gemaakt van “oude” muziek, een oneven aantal ‘interpretatoren’ en de presentatie krijgt een naam of titel mee. De begeleiding is in handen van architect Machiel Spaan.

Leerdoelen 
De student:

  1. komt samen met de scenografen en studenten D&T tot een keuze voor een onderwerp en een samenwerkingsvorm; 
  2. deelt samen verantwoordelijkheid voor het proces en resultaat;
  3. begrijpt de intentie van de ander, stimuleert de ander en staat zelf open staan voor beïnvloeding en feedback; 
  4. werkt vanuit complementariteit met de anderen naar een presentie. 


Werkvorm 
In kleine groepjes worden intensieve werksessies gepland. 


Wijze van toetsing 
Het project eindigt in een openbare presentatie van het materiaal.  Zowel proces als resultaat worden door studenten en docent geëvalueerd.  

Delen