Opbouw onderwijsprogramma
Het eerste jaar van de opleiding geldt als propedeuse. Het doel van de propedeutische fase is een wederzijdse oriëntatie waarin enerzijds de studenten zich kunnen oriënteren op het vakgebied en anderzijds de docenten de gelegenheid hebben om te beoordelen of de betreffende student de potentie heeft om te kunnen voldoen aan de eindkwalificaties van de opleiding. Bij een positieve beoordeling aan het einde van het eerste jaar behaalt de student het propedeutisch diploma en kan de student de studie voortzetten. Als de student in het eerste jaar niet aan de gestelde eisen blijkt te voldoen kan een negatief bindend studieadvies worden gegeven.
Tijdens de eerste twee jaren ligt de nadruk op het verkrijgen van een voldoende basis van theoretische kennis en vaardigheden en worden de lesstof en de activiteiten aangeboden via een gedetailleerd rooster.
Aan het einde van het tweede jaar maken studenten zelf een afstudeerraamwerk onder begeleiding van de artistiek leider. Dit mondt uit in een afstudeerovereenkomst waarvoor de verantwoording voor de uitvoering en planning bij de student ligt.
In het derde jaar staan drie onderdelen centraal:
De onderzoeksstage bij een gezelschap, evenement of ontwerper
Het maakproject met studenten van Regie 3 en Scenografie 3: Het mythologisch Manifest
Het schrijven van een Afstudeerplan voor de tweede helft van jaar 3 en het afstudeerjaar 4
Jaarrooster
De eerste twee jaar zijn ieder opgedeeld in vijf blokken. Blok één tot en met vier hebben ieder zes of zeven onderwijsweken. Het vijfde blok wordt vooral gebruikt voor aaneengesloten projecten.
Het rooster van de afstudeerfase kent zowel in het derde als in het vierde jaar een aantal gezamenlijke momenten voor projecten en terugkomdagen maar verder volgen de studenten hun individuele jaarindeling.
Download het blokkenschema