Docent: Marco & Margo Toussaint van duo Savar
Periode: 1ste semester en 2de semester
Duur: 8  lessen x 1,5 uur en 15 lessen x 1,5 uur
Studiebelasting: 34,5 contacturen

Bijdrage aan de competenties
II - Ambachtelijk vermogen.  IV- Vermogen tot ontwikkeling. VII. Vermogen tot samenwerken

Vakbeschrijving
Acrobatiek is een vak wat een tweeledig lesdoel heeft;
A: Het ontwikkelen van fysieke vaardigheden en
B: Het ontwikkelen van mentale vaardigheden.
Ad A: Het ontwikkelen van fysieke vaardigheden
Acrobatische partneroefeningen trainen het hele lichaam; kracht, souplesse, balansgevoel, vormspanning en kunnen reageren op veranderende fysieke situaties. Ook het bewegingsgeheugen krijgt door bepaalde acrobatische volgordes en handelingen een training. Dit betekent ook dat de student goed moet leren kijken, er wordt van ze verwacht dat ze door het kijken de beweging in leren voelen. Ambachtelijk vermogen en samenwerken in optima forma!
Ad B: Het ontwikkelen van mentale vaardigheden.
Door gezamenlijk met een partner te trainen aan acrobatische vaardigheden worden een aantal mentale processen helder. Er moet worden samengewerkt tot het behalen van een van te voren vastgesteld doel. Dit moet gedisciplineerd en geconcentreerd gebeuren. Er moet door de partners op een goede manier gecommuniceerd worden om de doelen te kunnen halen. Persoonlijke en gezamenlijke weerstanden en barrières kunnen worden overwonnen, door onderzoek en reflectie. Verantwoordelijkheid voor het eigen lichaam maar zeker ook dat van een ander wordt erg zichtbaar gemaakt. Ontdekt wordt dat er meer mogelijk is dan van te voren werd aangenomen. Het vertrouwen in eigen en andermans mogelijkheden wordt gesterkt. Dit alles werkt vervolgens enthousiasmerend.

Concrete leerdoelen
Balans, vertrouwen en samenwerken blijven sleutelbegrippen. Dit gebeurt middel het aanleren van het aanleren van 10 acrobatische B-truuks. Aan het einde van het tweede jaar worden de studenten beoordeeld door de eigen docenten m.b.t. de behandelde stof; hun fysieke ontwikkeling en hun mentale ontwikkeling. Verwacht wordt dat de studenten het vak acrobatiek kunnen gebruiken om zich verder te kunnen ontwikkelen als mimespeler of maker.

Werkvorm(en)
In de acrobatiekles worden alle te leren truuks voorgedaan door de docenten. De studenten moeten dus goed kijken en leren begrijpen wat ze zien en dat vertalen naar het zelf uitvoeren. Het grootste deel van de les bestaat vervolgens uit het trainen van deze truuks. Er worden aanwijzingen en instructies gegeven door de docenten die rond lopen. De studenten moeten leren gaan voelen en begrijpen hoe ze hun werk samen kunnen verbeteren en dat tenslotte herhaalbaar kunnen maken.
Daarnaast krijgen ze als groep, of individueel, tussendoor vaak feedback van de docenten.

Wijze van toetsing
De studenten worden tijdens het hele schooljaar continu gemonitord en worden de bevindingen daarover in evaluatie vergaderingen met de studenten en andere docenten besproken. Aan het einde van het tweede jaar worden de studenten beoordeeld door de eigen docenten m.b.t. de behandelde stof; hun fysieke ontwikkeling en hun mentale ontwikkeling. Daarnaast wordt het technisch geleerde geëxamineerd d.m.v. het publiekelijk presenteren van alle 10 behandelde B-truuks aan een externe vakjury. Wanneer de student dit, samen met zijn/haar partner, op een voldoende niveau heeft doorlopen ontvangen zij het Deelcertificaat B-diploma.

Beoordelingscriteria
II: 1-5      IV: 2-3     VII: 5

Delen