In vier jaar werkt de student als scenograaf niet alleen aan de artistieke en vakinhoudelijke ontwikkeling, maar ook aan de persoonlijke ontwikkeling. De studie is volledig gebaseerd op een systeem van feedback, wat de individuele groei en reflectie van de student sterk bekrachtigd. Daarom is er veel aandacht voor de ontwikkeling van denkkracht, reflectief vermogen en beschouwend vermogen van de student.

Doel is om de student aan te zetten om tijdens zijn studie, maar ook daarna, te reflecteren op eigen werk, andermans werk en de ons omringende wereld.

In de studie denken we vanuit de drie actuatoren DENKEN - HANDELEN - INTUITIE. Het zijn drie gangmakers in het artistieke proces. Van belang is dat de student de kracht van deze drie actuatoren leert herkennen en gebruiken in het artistieke proces. Het curriculum nodigt in de diverse projecten en lessen uit om deze drie actuatoren te onderzoek en in te zetten in projecten, theoretische lessen en instructie-lessen.

In de studie is er een samenhangende visie op hoe de studenten begeleid kunnen worden in hun artistieke groei. Artistieke processen worden opgedeeld in vier fases:

1. FASCINATIE
2. ARTISTIEK ONDERZOEK
3. CONCEPTUALISATIE
4. REALISATIE

In de projecten worden deze 4 fases nauwkeurig bespiegeld om zo de student vertrouwt te laten raken met de gefaseerdheid in het artistieke proces. Door het procesmatige werken wordt bij de individuele student helder welke fase(s) van het artistiek proces meer aandacht voor ontwikkeling vraagt, om zodoende een completer artistiek proces te kunnen besturen.

 

Delen